De tramlijn van Groenlo naar het station Lichtenvoorde-Groenlo heeft diverse vormen van exploitatie gekend. Begonnen als stoomtram; tussen 1883 en 1911 werd door de HSM (die de spoorlijn Zutphen-Winterswijk exploiteerde) een stoomtramverbinding uitgebaat. deze werd in 1911 stopgezet.

In 1915 werd de exploitatie hervat, nu door de Groenlose Tram met motortractie. Daartoe werd van drie Leidse paardentramrijtuigen een tramstel gemaakt. Deze drie trams werden vast aan elkaar verbonden, in het middelste rijtuig werd een motor ingebouwd. Bediening moest plaatsvinden vanuit dit middelste rijtuig, waarbij het uitzicht over de baan voor de bestuurder natuurlijk zeer slecht was. Men heeft vervolgens een paardentramrijtuig dwars op het chassis gezet, zodat dit middelste rijtuig zo breed was, dat vanuit dit rijtuig de baan kon worden overzien. Verder waren er nog enkele andere motorrijuigen die ook alle uit oude paardentrams waren omgebouwd.

Maar het was de tijd van de Eerste Wereldoorlog, en wegens brandstofschaarste moest ook deze tractie stoppen. Tussen 1917 en 1919 werd daarom de exploitatie uitgevoerd met paardentractie.

Toen de oorlog was afgelopen, en er weer brandstof beschikbaar was, werd de bak van een paardentramrijtuig op een legervoertuig gezet, en werd weer verder gegaan met motortractie. In 1922 is de lijn opgeheven.

Spoorwijdte : 1435 mm.
Lengte : 4,2 km